PINGUINS (deel 1)

17 september 2018 - Port Elizabeth, Zuid-Afrika

Zondagochtend 8 uur: pinguintime!!!

Nadat we zaterdagavond de verjaardag van een huisgenoot hadden gevierd in de stad, stonden we een paar uur later op om walvissen, dolfijnen en pinguïns te spotten. 

De boottocht zou 2,5 uur duren waarbij we naar een eiland zouden varen waar de pinguïns woonden, en op de heen/terugweg kon het eventueel zo zijn dat we walvissen zouden zien. Na ruim een uur gevaren te hebben, zagen we in de verte water omhoog spuiten, gevolgd door een zwarte bult. Je kan je voorstellen dat als je met 12 meiden op een boot bent, dit voor hysterisch gekrijs zorgt. De schippers konden ons enthousiasme blijkbaar waarderen want uiteindelijk hebben we ruim 4 uur gevaren. 
De bulten kwamen steeds dichterbij en op een gegeven moment waren ze zelfs 3 meter van de boot af! Een heel gaaf gezicht. Als toetje sprong er ook nog een de lucht in. ( ja wat je altijd in films ziet) Nadat de walvissen zich genoeg hadden uitgesloofd was het tijd om verder te gaan naar pinguinland. Vlak voor het eiland van de pinguïns waren heel veel dolfijnen. ik denk wel 40. De dolfijnen zwommen heen en weer om uit te rusten of te chillen.  Dat zag er echt geen gaaf uit; 40 dolfijnen die heel dicht bij de boot zwemmen en af en toe omhoog springen. 
Over de pinguins kan ik alleen maar zeggen dat ze hilarisch zijn en absoluut mijn lievelingsdieren zijn. Maarrrr in Kaapstad zijn nog meer pinguïns (daar ga ik uiteraard ook naartoe) dus wordt vervolgd! 

Na zo lang op de boot te hebben gezeten hadden we trek en zijn we gaan lunchen. De organisatie rondom het eten hier is ook nog wel even wennen. Er wordt hier heel veel vlees gegeten en alles gaat in grote porties. Je hebt bijvoorbeeld een meeeega hamburger met patat (geen friet;)) voor 4 (!!) euro. Dat krijgen veel mensen niet op en het is onbeleefd om je eten te laten liggen. Dus hebben ze doggybags. Met die doggybags kan je twee dingen doen: of je bewaard het en eet het de volgende dag op, of je kan het aan een parkeerwachter geven, die buiten op jouw auto let voor 5 rand (= 30 cent). Mijn restanten zijn voor hun een big deal en je maakt ze dus enorm blij met eten.  

De verschillen tussen arm en rijk zijn hier heel duidelijk, wat ik best lastig vind. Ook wordt er hier gesproken over de ‘witten’, ‘gekleurden’ en ‘zwarten’. Als witte ben je in de minderheid, en hoe beleefd wij ook willen doen, sommige dingen worden alsnog als onbeleefd beschouwen. We wilden bijvoorbeeld in het restaurant helpen bij het verschuiven van een tafel, wat echt not done was. En dat terwijl we het echt goed bedoelden! 

In de ochtend staan er allemaal mannen aan de kant van de weg te wachten tot er een werkgever komt die die dag werk voor hun heeft. Dan worden ze dus met een busje opgehaald om naar de werkplek te gaan. Ze zijn dus nooit zeker of ze die dag werk hebben… En dit gebeurt op 1 minuut afstand van ons huis. 
Het is hier heel gebruikelijk dat je elkaar begroet met een knuffel ( echt mijn ding, not) en even een praatje houdt. ‘Goodmorning, how are you? I’m fine, thank you! And how are you?’ Dit gebeurt overall en altijd, de hele dag door, waar je ook komt. Het is namelijk heel onbeleefd als je alleen goodmorning etc. zegt.  

Vanochtend kregen we een tour door de townships, ook wel de ‘aera’s of ‘locations’ genoemd. En het eerste wat opvalt is plastic. OVERAL zwerven plastic zakken en verpakkingen. Omdat het hier altijd waait zijn er een soort van plastic hopen tegen heuvels of huizen. Het contrast binnen de townships is ook best groot. Je hebt huizen die er prima uit zien, maar er zijn ook huizen waarvan je je afvraagt hoe ze kunnen blijven staan. Ook is het normaal dat er random koeien, geiten en honden lopen. Overal en altijd. Het kan zo zijn dat er mensen gaan protesteren, en de manier van protesteren is hier: dingen in de fik steken. Dus het zou zo kunnen zijn, wanneer we naar ons project willen, de straat is afgesloten omdat er verderop iets staat te branden. Schijnt regelmatig voor te komen. Is heel normaal hier. 

Na een indrukwekkende tour gingen we een auto huren. Shock nummero 39. Meneer had ‘de mooiste’ auto voor mij. Althans, dat vond hij. De rem deed het half, het gaspedaal zat los (ofzo?) en er zat een grote barst in het raam, wat volgens hem geen kwaad kon. Ik heb hem vriendelijk bedankt en ben voor een duurdere auto gegaan, waar nog steeds het een en ander aan mankeert, maar waar ik me wel veiliger in voel. Graag gedaan pap ;)Het is wel wennen het links rijden, ik heb namelijk al 4x gehad dat ik met m’n rechterhand tegen de autodeur knalde, omdat ik dacht dat ik daarmee moest schakelen. En telkens moet je nadenken ( vooral op rotondes) welke kant je op moet gaan. Tot nu toe ben ik veilig van a naar b gekomen, en ga ik er vanuit dat het steeds makkelijker wordt!!  

Helaas is dit de tweede keer dat ik dit verhaal typ. De eerste versie was leuker, maar door de slechte wifi is mijn verhaal niet opgeslagen en moest ik opnieuw beginnen. Ik zal morgen proberen foto’s te posten!

Foto’s